Nieuws

Samenvatting van het ontwerp van het Afrikaanse Handvest inzake gezin, soevereiniteit en waarden

26 september 2025
Het ontwerp van het Afrikaanse Handvest inzake Familie, Soevereiniteit en Waarden (FSV) is een gezamenlijke verklaring van Afrikaanse leiders en parlementariërs, die voortkomt uit interparlementaire conferenties die tussen 2023 en 2025 in Entebbe, Oeganda, zijn gehouden. Het weerspiegelt de vastberadenheid om Afrikaanse gezinnen te beschermen, de culturele identiteit van Afrika te behouden en de soevereiniteit van het continent te verdedigen tegen druk van buitenaf.
Conference Entebbe 9-11 May 2025

Door Sylvia Mesesi

In de preambule wordt het Handvest zowel als een verdedigingsinstrument als een verklaring gepresenteerd. Het erkent het langdurige engagement van Afrika voor universele mensenrechten, maar waarschuwt dat veel moderne verdragen en hulpovereenkomsten verborgen voorwaarden bevatten die de Afrikaanse waarden ondermijnen. Deze bevorderen vaak beleid op het gebied van abortus, seksuele geaardheid, genderidentiteit en uitgebreide seksuele voorlichting, beleid dat volgens Afrikaanse leiders in strijd is met Afrikaanse tradities en het ouderlijk gezag verzwakt. Het Handvest roept op tot Afrikaanse eenheid om weerstand te bieden aan deze druk, natuurlijke hulpbronnen te beschermen en samenlevingen op te bouwen die geworteld zijn in de eigen waarden van Afrika.

Hoofdstuk I schetst de doelstellingen en principes. Centraal in het Handvest staat de erkenning van het gezin (met name het huwelijk tussen een man en een vrouw) als de natuurlijke en fundamentele eenheid van de samenleving. Het verplicht regeringen om het gezin te beschermen, de soevereiniteit te versterken en de culturele diversiteit te behouden. Het dringt er ook bij beleidsmakers op aan ervoor te zorgen dat elke wet, elk verdrag en elke overeenkomst gezinnen ondersteunt in plaats van ondermijnt. Gelijkheid voor de wet, non-discriminatie en eerlijkheid worden genoemd als leidende principes.

Hoofdstuk II richt zich op gezinnen en culturele waarden. Het beschrijft kinderen als een zegen en de grootste nationale schat, die met liefde en begeleiding moeten worden opgevoed door ouders, familie en gemeenschappen. Ouders worden bevestigd als de belangrijkste besluitvormers voor het onderwijs, de gezondheid en de morele opvoeding van hun kinderen, waarbij het regeringen verboden is verdragen te ondertekenen die de ouderlijke rechten ondermijnen of controversiële seksualiteitsprogramma’s opleggen. Ouderen en voorouders worden geëerd als bewaarders van wijsheid. Op cultureel gebied roept het Handvest staten op om het onderwijs te hervormen, Afrikaanse talen, tradities en kleding te verheffen en zich te verzetten tegen cultureel imperialisme. Het prijst deugden als respect, eenheid, eerlijkheid, gastvrijheid, hard werken en moraliteit als essentieel voor het welzijn van de samenleving.

Hoofdstuk III breidt de verdediging van soevereiniteit uit naar meerdere gebieden:

  • Politieke soevereiniteit: Afrika moet verenigd blijven, zich verzetten tegen neokolonialisme, proxy-oorlogen vermijden en zich verzetten tegen verdragen of sancties die de onafhankelijkheid in gevaar brengen. Internationale overeenkomsten mogen nooit seksuele en reproductieve gezondheidsrechten of genderideologie opleggen zonder rekening te houden met Afrikaanse tradities.
  • Economische soevereiniteit: Staten worden aangespoord om corruptie te bestrijden, schulden te verminderen, waarde toe te voegen aan Afrikaanse grondstoffen en zelfvoorzienend te worden in plaats van afhankelijk te zijn van voorwaardelijke hulp. Hulp, indien aanvaard, moet ten dienste staan van productie en ontwikkeling, niet van consumptie.
  • Natuurlijke hulpbronnen: De rijkdom aan mineralen, land en bossen in Afrika moet verstandig worden gebruikt voor de huidige en toekomstige generaties. Gemeenschappen moeten worden geraadpleegd, hulpbronnen moeten lokaal worden verwerkt en oneerlijke handelspraktijken moeten worden tegengegaan.
  • Onderwijs: Scholen moeten wetenschap, technologie en kritisch denken onderwijzen en tegelijkertijd de Afrikaanse geschiedenis, talen en cultuur integreren. Schadelijke buitenlandse ideologieën moeten worden uitgesloten. Uitgebreide seksuele voorlichting wordt expliciet afgewezen; elke vorm van seksuele voorlichting moet worden beoordeeld en goedgekeurd door ouders, gebaseerd zijn op Afrikaanse waarden en vrij zijn van invloed van buitenaf.
  • Gezondheid: Afrikaanse landen moeten het recht behouden om hun eigen gezondheidsbeleid te bepalen, ook op het gebied van vaccins en reproductieve gezondheid. Het handvest verwerpt elk “recht op abortus”, roept op tot versterking van de traditionele geneeskunde en verdedigt het gezag van ouders bij beslissingen over de gezondheidszorg voor hun kinderen. Internationale gezondheidsorganisaties moeten de Afrikaanse soevereiniteit en ethiek respecteren.
  • Voedsel: Afrika moet inheemse zaden en voedselvariëteiten beschermen, agro-ecologie bevorderen en kleine boeren ondersteunen. GGO’s en schadelijke chemicaliën worden ontmoedigd, terwijl intra-Afrikaanse handel in landbouw en voedselzekerheidssystemen worden aangemoedigd. De visie is dat Afrikanen zichzelf kunnen voeden met hun eigen middelen in plaats van afhankelijk te zijn van buitenlandse bedrijven of import.

Hoofdstuk IV richt een permanent Comité voor het Afrikaanse gezin, soevereiniteit en waarden op binnen de Afrikaanse Unie. Dit orgaan van elf onafhankelijke deskundigen zal toezien op de uitvoering van het Handvest, bedreigingen monitoren en regeringen adviseren. Staten moeten regelmatig verslag uitbrengen over hun vorderingen, en het Comité kan mededelingen van individuen of organisaties ontvangen, onderzoeken uitvoeren en het Handvest interpreteren wanneer er geschillen ontstaan.

De slotbepalingen leggen uit hoe het Handvest van kracht wordt. Zodra vijftien AU-lidstaten het hebben geratificeerd, wordt het bindend. Het kan later worden gewijzigd met goedkeuring van tweederde van de lidstaten.

Het Handvest is zowel een schild als een routekaart. Het beschermt Afrika tegen ideologieën en druk die zijn gezinnen en tradities ondermijnen, en stippelt tegelijkertijd een weg uit naar zelfredzaamheid op het gebied van politiek, economie, hulpbronnen, onderwijs, gezondheidszorg en voedselvoorziening. Het is zowel een verdediging van het Afrikaanse erfgoed als een toekomstgerichte visie voor een continent dat vastbesloten is om op eigen benen te staan.